Jouw buurt - jouw straat

Wat

De deelnemers spreken over hun buurt, tekenen hun straat of buurt en vertellen erover.

Duur

2 uur

Voor wie

Ook geschikt voor groepen met gemengd niveau - analfabete deelnemers

Materiaal

  • Zet het filmpje Mijn straat klaar en voorzie boxen en een beamer.
  • A3 papier of behangrol om op te tekenen, 1 exemplaar per groepje
  • stiften voor alle deelnemers
  • eventueel een kaart van de buurt

Activiteit

Intro

De begeleider vraagt waar de deelnemers wonen.

  • Waar woon jij?
  • In welke straat is dat?
  • Woon je in een huis of appartement?
  • Heb je een tuintje/koertje/balkon?
  • Wie woont er naast jou?
  • Zijn het vriendelijke buren?

Laat alle deelnemers aan het woord.

Bekijk de film

Kijk samen naar het filmpje Mijn straat. Zet de ondertiteling op. 

Controleer of de deelnemers alles begrijpen door open vragen te stellen zoals:

  • Wat zie je in het filmpje?
  • Waar woont de vrouw?
  • Wat doet de vrouw?
  • Waarom doet ze dat? 
  • Wat wil de Afrikaanse vrouw? Waarom is ze blij?

Bekijk eventueel nog een tweede keer.

Extra: Maak de oefeningen. Doe dit eventueel in groepjes per moeilijkheidsgraad: 1 ster is gemakkelijk, 2 sterren is moeilijk.

Teken je buurt

Zet deelnemers van dezelfde buurt samen. Anderen werken individueel.
Geef de opdracht: teken je eigen straat.

Ga rond en stel vragen. Laat de deelnemers zoveel mogelijk vertellen. Bijvoorbeeld Waarom teken je dit zo? Wie is dit?

Groepsgesprek

  • Wat vind je leuk in jouw buurt?
  • Zijn er veel kinderen/ouderen/ Belgen/… in de buurt?
  • Wat zeg je tegen de buren?
  • Ga je soms melk of suiker lenen?
  • Wat zijn soms de problemen in de straat/buurt? Wat kan je hieraan doen?

Zorg ervoor dat iedereen aan het woord is. Stel bijvragen. Ga verder op het onderwerp dat uit de groep komt. Als iemand een tijdje aan het woord is, betrek dan ook de anderen door te vragen: 'IS dat voor jullie ook zo?' Hou je niet te hard vast aan je eigen vragenlijst.

 


www.nederlandsoefenen.be/antwerpen/meedoen